Vorige week was ik voor het krieken van de dag uit de veren om te gaan fotograferen; in de Klompenwaard om precies te zijn. De weersomstandigheden waren perfect voor natuurfotografie. Helder met hier en daar een wolkje en niet te veel wind. Wel was het de koudste nacht in jaren, het vroor maar liefst 10° C. Of dat echt op de foto’s te zien is weet ik niet. Wel heb ik mijn voorzorgsmaatregelen getroffen, in de vorm van muts, sjaal, handschoenen, dikke trui en wollen onderbroek. En tjonge, jonge wat heb ik genoten! De dag begon met een violette gloed aan het firmament en binnen 1 uur voltrok zich een prachtig lichtspel van constant veranderende kleuren; van diep paars, via kobalt blauw, naar warm geel. De sluiter van mijn camera heeft dat geweten ook, want ik heb er lustig op los gefotografeerd.
Techniek In de handboeken natuurfotografie staat beschreven dat een statief en diverse filters noodzakelijk zijn om dit soort foto’s te kunnen maken. Natuurlijk hebben ze daar gelijk in, maar toch kunnen nieuwe technieken als hogere iso’s en fotobewerkingsprogramma’s als Photoshop en Lightroom een hoop goed maken. Ik heb voor de moderne optie gekozen. Vooral om mobiel te zijn en zo (zeker met de foto’s waar de runderen op staan) het juiste moment te kunnen vangen. Het gevolg was wel dat eenmaal thuis gekomen van een uiterst bevredigende ochtend buiten er nog flink wat werk aan de winkel was achter de computer. Het begint natuurlijk met het uitselecteren van de beelden. Ik ga daarbij meestal een factor 10 terug. Dus van 150 naar 15 foto’s. Met die smalle selectie ga ik aan de slag met het fotobewerkingsprogramma (in mijn geval is dat Lightroom). Dit is noodzakelijk omdat onder dit soort omstandigheden de lucht donkerder moet worden gemaakt en de voorgrond lichter. Dat is de reden waarom handboeken het gebruik van filters zoals grijsverloop en ND voorschrijven; die werken namelijk op dezelfde manier. Daarna is het nog wat ‘spelen’ met de schuifjes om de juiste kleuren naar voren te halen en klaar!
Tijdsverloop Ik heb hier een serie foto’s op een rij gezet die mooi laten zien hoe het licht in de loop van de ochtend verandert. Ik ben mijn fotoronde gestart om 7.57 uur. Dat is 40 minuten voor zonsopkomst. Nou ja, een paar minuten minder, want de gegeven tijd van zonsopkomst is in de Bilt; en Doornenburg ligt ten oosten van de Bilt. De schemering zoals wij mensen dat ervaren start trouwens ongeveer een half uur vóór zonsopkomst. Het is dan nog behoorlijk donker voor de camera, maar door de iso omhoog te draaien (tot standen boven de 1250) is het dan toch al mogelijk om zonder statief te fotograferen. Ik kijk trouwens op dit soort dagen vooral naar mijn histogrammetje, waarbij ik er op let dat die zoveel mogelijk gevuld is en hij niet gaat ‘clippen’ (clippen is als een foto over- of onderbelicht is, waardoor er rechts of links van het histogram een piek tegen de rand op staat). Voor de rest maak ik mij over de belichting (en de witbalans) niet zoveel zorgen, aangezien mijn camera op de RAW stand staat, zodat ik die dingen altijd achteraf nog kan (en vaak moet!) aanpassen. De tweede foto is dus gemaakt met zonsopkomst. De derde is anders dan de andere, want die is tegen het licht in gemaakt. En de laatste foto is gemaakt met mooi warm licht. Dat soort licht is erg geschikt voor landschapfotografie en registratie.